Deze heerlijke bitterzoete marmelade past bij desserts, maar ook bij anti-pasta gerechtjes.

Bereiding:

• Vul een ruime pan met koud water en leg de weckpotten in de pan. Breng aan de kook en laat minimaal 6 minuten koken. Zet het vuur uit en laat de potten in het hete water.
• Was de citroenen goed af.
• Schil de citroenen met een dunschiller zo dun mogelijk en snij ze fijn.
• Doe 200 ml water in een pan. Voeg de schillen toe en breng aan de kook. Laat met deksel op de pan zo'n anderhalf uur zachtjes koken. Controleer dat de inhoud niet droog kookt. Mocht dat wel dreigen te gebeuren, giet er dan wat kokend water bij.
• Pers de geschilde citroenen uit. Voeg de gekookte schillen en het overgebleven kookvocht aan het sap toe. Vul aan met water tot 500 ml.
• Voeg al roerend de geleisuiker toe en breng al roerend aan de kook.. Laat 5 minuten koken.
• Nu komt een belangrijk onderdeel: 'de druppelproef'. Druppel wat marmelade op een koud bordje en zet deze even 3 minuten in de koelkast. Haal na 3 minuten uit de koelkast en hou hem een beetje scheef. Loopt de marmelade niet uit, dan is hij goed. Anders kook je hem nog even door.
• Haal de schone weckpotten uit het water. Vul ze met de hete marmelade en sluit de deksel. Zet de potten  op hun kop en laat minimaal 5 minuten rusten. Zet ze rechtop en laat verder afkoelen
• Info: Wanneer je de weckpot ondersteboven zet, loopt de marmelade naar het deksel, en komt er bij de bodem van de pot, die nu bovenaan zit, ruimte vrij. De zuurstof in de weckpot zit nu aan de kant waar die niet kan ontsnappen én waar de weckpot het heetste is (want warme lucht stijgt), en het deksel komt in aanraking met de hete marmelade. Op deze manier dood je alle bacteriën die eventueel nog in de bokaal of op het dekseltje zitten en dat komt de houdbaarheid van je marmelade absoluut ten goede.