Babi pangang, een geliefd gerecht in de Chinese keuken, heeft zijn oorsprong in de Chinese diaspora. Het gerecht wordt vaak toegeschreven aan Chinese immigranten in Indonesië, waar het zijn eigen unieke smaak heeft ontwikkeld. Het woord "babi" betekent varken in het Maleis, terwijl "pangang" staat voor geroosterd of gebakken. De oorspronkelijke versie van babi pangang bestaat uit geroosterd varkensvlees, gekruid en bedekt met een zoetzure saus. Het wordt vaak geserveerd met witte rijst of nasi goreng.

Er zijn echter verschillende theorieën over de oorsprong van babi pangang, en sommige bronnen suggereren dat het gerecht mogelijk in Nederland is ontstaan. Er zijn aanwijzingen dat Chinese immigranten in Nederland hun culinaire tradities hebben aangepast aan lokale smaken en ingrediënten, waardoor gerechten zoals babi pangang zijn ontstaan.

Hieronder vind je het recept van de babi pangang zoals ze je hem tegenwoordig bij de Chinese Restaurants serveren.

Bereiding:

• Spoel de procureur af onder koud stromend water.
• Plaats hem in een ruime pan waar het liggend in kan. Voeg koud water bij tot hij onder staat.
• Voeg alle ingrediënten voor het vlees toe en roer goed door.
• Breng het water aan de kook en schep regelmatig het schuim af, zodat alle onregelmatigheden uit het vlees verwijderd worden.
• Laat het geheel 2 uur zachtjes koken.
• Bereid onder de saus door de volgende ingrediënten in de foodprocessor te doen: rode ui, knoflook, bleekselderij, gember, citroensap, ananassap, bolletjes stemgember + 2 el van het sap, gemalen steranijs en sambal oelek (naar smaak). Draai alles tot een gladde saus.
• Verhit 50 gram boter in een wok op middelhoog vuur. Voeg de saus uit de foodprocessor toe en laat alles 10 minuten zachtjes bakken. Kijk uit dat het niet aanbrandt.
• Voeg de bloem toe en laat 2 minuten meebakken.
• Voeg beetje bij beetje 1 liter heet water toe tot er een licht gebonden saus is ontstaan. Laat 5 minuten zachtjes sudderen.
• Voeg de suiker, tomatenpuree, zout, ve-tsin en rijstazijn toe en breng aan de kook.
• Meng de maizena met het water en voeg beetje bij beetje aan de saus toe tot je de gewenste dikte hebt gekregen. Laat niet te lang door pruttelen. Zet het vuur uit tot je de saus straks gaat gebruiken.
• Haal na 2 uur de procureur uit de pan en laat uitlekken en volledig afkoelen in een zeef.
• Snij het vlees in plakken van ±  2 cm dik.
• Verhit een flinke laag olie in een wok tot 180 ⁰C. Leg het vlees in porties in de olie en frituur ze 2 a 3 minuten per zijde tot ze rondom goudbruin en krokant zijn. Laat even uitlekken op keukenpapier.
• Verwarm ondertussen de saus.
• Leg de plakken vlees op een snijplant en sla met de platte kant van groot mes of bijltje en paar keer op het vlees. Snij daarna het vlees in dunne reepjes. Zorg dat het stuk vlees in losse stukjes wel zijn vorm behoudt.
• Neem een mooie schaal en leg daar een laagje atjar op. Drapeer het vlees op de atjar en schenk de warme saus over het vlees.
• Serveer de babi pangang met witte rijst of nasi.

Eetsmakelijk!

请享用！

Qǐng xiǎngyòng!

Selamat makan!

13-07-2024